Het is niet een kwestie van óf de gaswinning in Groningen weer opgevoerd wordt, maar wannéér dit gaat gebeuren. Hoewel de Vereniging Groninger Monument Eigenaren (VGME), zoals ook al eerder aangegeven, geen standpunt inneemt over wel of geen gaswinning in de provincie, realiseren wij ons maar al te goed dat het opvoeren van de gaswinning onder de huidige omstandigheden wellicht onontkoombaar is. 

Echter, voordat besloten wordt tot het verhogen van de gaswinning, stelt het bestuur zich op het standpunt dat, voordat de gaswinning wordt verhoogd, eerst de volgende mogelijkheden worden bestudeerd en/of uitgevoerd:

  1. aanpakken van de verdeling: nagaan wat werkelijke noodzakelijke (in)directe gasverbruikers zijn en welke afgeschaald kunnen worden of wellicht helemaal gestopt kunnen worden. In dit verband past bijvoorbeeld een terughoudende opstelling wat betreft energieslurpende datacenters;
  2. dat er serieus gekeken moet worden naar alternatieve mogelijkheden om op korte termijn energie te besparen. Overwegingen hierbij zijn besparingsmogelijkheden bij zowel klein- als grootgebruikers;
  3. dat er een plan moet worden opgesteld om op middellange termijn de verduurzaming nog meer dan nu te stimuleren en te realiseren;
  4. voordat de gaswinning in Groningen wordt opgevoerd, het maximaal benutten van de (kleine) gasvelden in de Noordzee. 

Mocht aan bovenstaande voldaan zijn en is het dan alsnog noodzakelijk een beroep te doen op de gasvoorraden in de schildje advertentieprovincie Groningen, dan stellen wij ons op het standpunt dat schadeherstel, maar vooral het versterken een nog hogere prioriteit moeten krijgen. Voorts moet de overheid serieus de mogelijkheden bekijken van een andere, bredere aanpak waarbij de eigenaren ook zelf in de gelegenheid worden gesteld om, onder voorwaarden, zelf de versterking ter hand te nemen. Dit betekent dat de overheid andere uitgangspunten moet hanteren bij de aanpak van het versterkingsproces. Dit betekent ook dat er vanuit de overheid, als medeverantwoordelijke voor de gaswinning, zich nog extra ruimhartiger moet gaan opstellen. Maar bovenal dat de overheid als eerste vertrouwen geeft aan de gedupeerde eigenaren. 

Verder stelt het bestuur van de VGME zich op het standpunt dat alle baten uit deze extra gaswinning weer terugvloeien naar de provincie: het vormen van een gaswinningsfonds van waaruit verschillende initiatieven gefinancierd kunnen worden die te maken hebben met aanpak van de gevolgen van de gaswinning en het maximaal benutten van koppelkansen. Voortvarendheid én ruimhartigheid zijn hierbij de meest kritische succesfactoren.

In ons geval zou het verduurzamen van erfgoedpanden als proeftuin kunnen worden gebruikt in samenwerking met

onderwijsinstellingen en overige instanties. Op het gebied van verduurzamen van erfgoedpanden zijn nog veel onduidelijkheden. Daarnaast is het complex en relatief duur. De ervaringen die hier worden opgedaan kunnen vervolgens landelijk toegepast worden voor het verduurzamen van erfgoedpanden. 

Als laatste kan uit dit gaswinningsfonds ook de extra subsidiemaatregelen voor rijksmonumenten, gemeentemonumenten en karakteristieke panden worden betaald. Subsidieregelingen die de afgelopen jaren een groot succes bleken en de impasse op het gebied van onderhoud van onze monumenten hebben doorbroken. En daarmee het behoud van ons mooie erfgoed voor het nageslacht.